Participatiewet
De participatiewet
In onze participatiesamenleving heb je de plicht om voor jezelf op te komen en te zorgen. Ongeacht of je nu ziek of gezond, kwetsbaar of weerbaar, bent. Iedereen, die kan werken maar het op de arbeidsmarkt zonder ondersteuning niet redt, valt onder de Participatiewet. Deze wet moet ervoor zorgen dat meer mensen werk vinden, ook mensen met een arbeidsbeperking. Het kan gaan om ‘gewoon’ werk, werk voor mensen met een beperking of beschut werk.
Participatiewet en de rol gemeente
Ben je arbeidsgehandicapt, dan heb je een arbeidsbeperking. Als arbeidsgehandicapte kun je begeleiding van de gemeente, waar je woont, krijgen als je een baan zoekt. De gemeente kijkt samen met jou, welke ondersteuning je nodig hebt om werk te vinden. Hierbij gaat de gemeente uit van wat je zelf nog kunt. Een gemeente bepaalt zelf, welke ondersteuning ze je gaat bieden. Het gemeentelijke beleid voor de begeleiding van mensen met een arbeidshandicap naar werk ligt vast in een verordening.
Een gemeente kan zorgen voor:
• aanpassing van je werkplek.
De werkgever kan een vergoeding krijgen voor aanpassingen aan de werkplek voor werknemers met een arbeidsbeperking. Dan moet je denken aan:
– ‘niet-meeneembare voorzieningen’, zoals een traplift of deuren die vanzelf opengaan.
– ‘meeneembare voorzieningen’, zoals een aangepaste bureaustoel of een braille-regel voor blinde of slechtziende werknemers.
• jobcoaching.
Als je nieuw werk krijgt, kun je hulp krijgen van een jobcoach. Dit kan een externe jobcoach of een interne jobcoach zijn. Een externe jobcoach werkt voor een erkende jobcoachorganisatie. Een interne jobcoach wordt door je werkgever geregeld en kan bijvoorbeeld een collega zijn, die hiervoor een speciale training gevolgd heeft. De jobcoach kan:
– aanwezig zijn bij voorbesprekingen over je werk, als je nog moet starten.
– je helpen bij het inwerken.
– je begeleiden op de werkvloer.
– een persoonlijke handleiding voor je maken.
Het is de bedoeling dat je uiteindelijk het werk zelfstandig gaat uitvoeren. De jobcoach blijft bereikbaar voor wanneer er een probleem ontstaat of als er nog onduidelijkheden zijn. Je werkgever moet zorgen voor een interne jobcoach. Je kunt zelf een externe jobcoach aanvragen. Als je een uitkering van het UWV krijgt, kun je bij het UWV informeren over ondersteuning door een jobcoach. In andere gevallen kun je contact opnemen met je eigen gemeente, die ook kan zorgen voor inzet van een jobcoach.
• loonkostensubsidie.
Je werkgever kan loonkostensubsidie aanvragen, als je minder dan het minimumloon kunt verdienen. De loonkostensubsidie vergoedt het verschil tussen je loonwaarde en het minimumloon.
• ‘beschut’ werk.
Bij ‘beschut’ werk krijg je een uitgebreide begeleiding bij je werk en aanpassing van je werkplek.
• dagbesteding en vrijwilligerswerk.
Dagbesteding is er voor je, als je zelf geen activiteiten meer kunt ondernemen en daardoor weinig sociale contacten hebt. Dagbesteding is er ook voor de ontlasting van je mantelzorger. Hiermee blijft het voor je mogelijk om thuis te kunnen blijven wonen.
Je recht op passend werk
Je gemeente moet je begeleiden bij het zoeken naar passend werk, dat aansluit bij jouw werkvermogen. Dat begint al in je werkgesprek. De gemeente kan een uitzendbureau vragen om passend werk voor je te vinden. Als er geen passend werk is, dat aansluit bij jouw werkvermogen, dan moet de gemeente voor andere mogelijkheden zorgen. Heb je medische beperkingen, geef deze dan duidelijk aan, want het aangeboden werk moet passend zijn. In bepaalde gevallen kan de gemeente je ontheffing geven van de arbeidsverplichting en hoef je niet meer te solliciteren naar werk.
Sociale werkvoorziening (WSW)
Er zijn geen nieuwe plaatsen beschikbaar in de sociale werkvoorziening. Je kunt dus niet meer als nieuwe werknemer instromen in de sociale werkvoorziening (WSW). De Wet sociale werkvoorziening (WSW) was bedoeld voor mensen, die door een lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap niet onder normale omstandigheden kunnen werken. In de sociale werkvoorziening (SW) wordt het werk aangepast aan je mogelijkheden.
Sinds 1 januari 2015 kunnen er geen mensen meer instromen in de WSW. Het is daarom niet meer mogelijk om een WSW-indicatie aan te vragen. Je kunt misschien wel hulp bij je studie of werk krijgen van de organisatie, waarvan je je uitkering krijgt (de gemeente of het UWV).
UWV
Als je een uitkering van het UWV hebt, dan kan het UWV je begeleiden bij het vinden van werk. Je kunt ook bij het UWV informeren over ondersteuning door een jobcoach. Het UWV kan Wajongers ondersteunen bij het vinden van werk, bijvoorbeeld met:
• financiële ondersteuning bij een proefplaatsing.
Tijdens de proeftijd van een Wajonger betaalt het UWV de uitkering 2 maanden door. Je werkgever hoeft dan voor die 2 maanden geen salaris te betalen.
• het geven van loondispensatie.
Het UWV betaalt je werkgever een tegemoetkoming in jouw loonkosten.
Financieel CV
Een financieel CV kan je kans op werk groter maken. Je werkgever kan zien, hoe hij mogelijk gebruik kan maken van financiële voordelen, als hij je in dienst neemt. Je kunt met de hulp van een tool, de regelhulp financieel CV, zelf een overzicht maken van die financiële voordelen. Dit overzicht is je financieel CV. Dit kun je bijvoorbeeld meesturen met je sollicitatiebrief. Zo weet een werkgever, waar hij recht op heeft als hij je werk geeft. Je vindt de tool, de regelhulp financieel CV, op de website van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Voorwaarden algemene bijstandsuitkering vanuit Participatiewet
Je gemeente bepaalt of je een bijstandsuitkering krijgt. Je hebt recht op een algemene bijstandsuitkering als je voldoet aan de voorwaarden:
• je hebt niet genoeg inkomen of vermogen om in je levensonderhoud te voorzien.
• je komt niet in aanmerking voor een andere voorziening of uitkering.
De regeling is bedoeld als vangnet. Als je wel recht op een andere uitkering hebt vanuit de Werkloosheidswet (WW), de Ziektewet en de Wajong 2015, dan moet deze eerst aangevraagd worden. De Wajong is alleen nog toegankelijk voor jongeren, die volledig en blijvend arbeidsongeschikt zijn.
Aanvraag algemene bijstandsuitkering
Je moet je meteen bij het UWV inschrijven, wanneer je ontslagen bent en geen inkomen meer hebt of wanneer je weet dat je werkloos gaat worden. Deze inschrijving wordt de eerste melding genoemd. Na je eerste melding word je uitgenodigd voor een persoonlijk werkgesprek samen met je partner. Na het werkgesprek volgt er een gesprek over de bijstandsuitkering zelf, waarin wordt er aangegeven welke gegevens er nodig zijn voor de aanvraag. De gemeente, waar je woont, bepaalt of je recht hebt op een bijstandsuitkering.
De datum van de eerste melding bepaalt vaak de startdatum van je bijstandsuitkering. Een bijstandsuitkering kan in principe niet met terugwerkende kracht ingaan. Dus een eerdere ontslagdatum dan je meldingsdatum wordt niet geaccepteerd als startdatum van je bijstandsuitkering. Maar als je door een dringende reden pas later de bijstandsuitkering kunt aanvragen, dan moet je deze toch met terugwerkende kracht aanvragen. De gemeente moet dan beoordelen of er sprake is van een dringende reden en of je startdatum toch eerder moet ingaan.
Stopzetting aanvraag algemene bijstandsuitkering
Als je niet wilt of kunt meewerken naar het zoeken van passend werk bij het uitzendbureau of de gemeente, dan wordt je aanvraag voor een algemene bijstandsuitkering vanuit de Participatiewet stopgezet. Er kan een conflict tussen jou en de gemeente ontstaan, want niet willen meewerken is niet hetzelfde als niet kunnen meewerken. Je kunt dan bezwaar maken tegen de beslissing om je aanvraag voor een algemene bijstandsuitkering vanuit de Participatiewet stop te zetten.
Documenten uitkering bewaren
Het is belangrijk om alle documenten te bewaren, die met je aanvragen en uitkering te maken hebben. Als je uitkering stopt, moet je de documenten, die met je uitkering te maken hebben, altijd minstens 2 jaar bewaren. Je bent namelijk verplicht om je documenten aan het UWV te laten zien, als ze erom vragen. Dat kunnen loonstroken, sollicitatiebrieven en arbeidsovereenkomsten zijn. Maar het is slim om de documenten rond je uitkering nog langer te bewaren. Ook na 2 jaar kan het UWV nog onderzoeken of de uitkering, die je ontvangt of hebt ontvangen, wel juist is. Je bent verplicht om mee te werken als ze daarom vragen.
Video over Reuma en Werk m.m.v. Annemieke Fransz (ervaringsdeskundige), Cleopatra Markelo (ervaringsdeskundige) en prof. dr. Angelique Weel (reumatoloog Maasstad Ziekenhuis).
Webinar ‘Vermoeidheid en omgaan met je energie’. 69% van de mensen met reuma heeft dagelijks te maken met (extreme) vermoeidheid. Die vermoeidheid kan zo erg zijn dat het iemand beperkt in zijn of haar dagelijkse bezigheden. Het is dan ook belangrijk om je energie goed te verdelen. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Daarom organiseerde RZN samen met zelfstandig ergotherapeut Tinneke Claes een webinar over ‘vermoeidheid en omgaan met je energie’. Tinneke nam de deelnemers mee in het vinden van een goede balans in de dagelijkse activiteiten.