Onnodige zorg? Ga het gesprek aan!
Een afspraak op locatie met je zorgverlener die ook telefonisch had gekund? Of een onderzoek waarvan je de noodzaak eigenlijk niet zo ziet? Zo’n 41% van de mensen die zorg nodig had de afgelopen twee jaar, kreeg wel eens te maken met onnodige zorg. Onderzoek van de Patiëntenfederatie Nederland laat zien dat het gesprek over onnodige zorg beter moet.
Ervaren onnodige zorg
Bijna 11.000 mensen deden mee aan het onderzoek van de Patiëntenfederatie Nederland. Zo’n 41% van de 11.000 deelnemers gaf aan één of meerdere keren onnodige zorg te hebben ervaren. Dit kan zijn vanwege een onnodige controle- of vervolgafspraak, onnodige operaties of behandelingen, onnodige medicatie, te veel medicatie of onnodige onderzoeken. Niet alle als onnodig ervaren zorg is daadwerkelijk overbodig, maar het kan wel zo aanvoelen. Daarom is het belangrijk dat je erover kan praten met je zorgverlener. Arthur Schelleken, directeur-bestuurder Patiëntenfederatie Nederland, zegt dat de cijfers een signaal zijn dat de zorg in Nederland passender kan.
Probleem gesprek aangaan
Arthur Schellekens benadrukt dat de ervaring van jou als patiënt nog te weinig benut wordt voor het leveren van passende zorg. Het onderzoek laat zien dat mensen vaak het gevoel hebben dat er niet serieus geluisterd wordt als zij onnodige zorg aankaarten. Volgens Arthur vertrouwen zorgverleners vaak op protocollen en richtlijnen, maar dit is voor mensen niet altijd voldoende. Daarom roept hij zorgprofessionals op eerlijk het gesprek met hun patiënt aan te gaan. Zo kan de zorgprofessional beter uitleggen wat er volgens hem/haar nodig is. Ook kunnen meerdere behandelopties besproken worden. Hierbij is van belang dat je zorgverlener rekening houdt met jouw voorkeuren. En dat je je veilig genoeg voelt om je uit te spreken over onnodige zorg.
“Voor passende zorg is de visie van de patiënt namelijk onmisbaar.” (Arthur Schellekens, directeur-bestuurder Patiëntenfederatie Nederland)
Onnodige zorg verminderen
Om onnodige zorg te verminderen zijn er veranderingen nodig. Zo moeten zorginstellingen beter samenwerken om gegevensuitwisseling mogelijk te maken. Dit kan voorkomen dat je hetzelfde onderzoek meerdere keren moet ondergaan bij verschillende instellingen. Daarnaast kan deze gegevensuitwisseling helpen medicatiefouten te voorkomen omdat bepaalde persoonsgegevens niet beschikbaar zijn. Ook moet de fysieke zorg beter worden aangepast op digitale mogelijkheden. Er kan zo een verandering plaatsvinden naar ‘digitaal als het kan, fysiek als het moet’. Op deze manier wordt de zorg niet alleen prettiger maar ook duurzamer.