Nieuwe ontwikkelingen in beeldvormende technieken bij reuma
Reumatologen maken steeds vaker gebruik van nieuwe technieken om reuma op te sporen. En om het ziekteverloop in de gaten te houden. Hiervoor kunnen ze gebruik maken van beeldvormende technieken, zoals echografie en MRI. In het webinar ‘’Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van beeldvormende technieken’’ op 13 december vertelde Conny van der Laken alles over de toepassing van deze technieken bij reuma. Het webinar werd georganiseerd door Lilly Nederland.
Beeldvormende technieken
Conny van der Laken weet veel van beeldvormende technieken bij reuma, aangezien zij als professor in beeldvormende technieken verbonden is aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Ook is Conny reumatoloog in het Amsterdam UMC en projectleider rondom beeldvormend onderzoek bij reuma. Ze vertelde dat een arts met beeldvormende technieken kan uitwijzen of iemand ontstekingen heeft in het gewricht of in het gewrichtskapsel. Als hier bijvoorbeeld twijfel over bestaat of als er geen zwelling aan de buitenkant te zien is, kan beeldvorming vaststellen dat er inderdaad een ontsteking is. Met beeldvorming kun je ontstekingen al vroeg opsporen. Daardoor kun je snel de diagnose stellen en kan iemand op tijd met een behandeling beginnen. De gewrichten worden dan minder aangetast. Naast het vroeg stellen van de diagnose kan een arts met beeldvorming ook het verloop van de reuma in de gaten houden. Bijvoorbeeld om te zien of de behandeling aanslaat.
Beeldvorming bij reumatoïde artritis
Conny vertelde dat er verschillende beeldvormende technieken bestaan voor mensen met reumatoïde artritis. Röntgenfoto’s zijn niet genoeg, omdat die alleen het bot en kraakbeen laten zien. Je kunt hierop geen verdikkingen in de weke delen zien. Daardoor zou je kraakbeenschade pas zien als het al is aangetast, terwijl je schade met de behandeling juist wilt voorkomen. Met echografie kun je wel de weke delen en randen van het bot en het kraakbeen zien. Je kunt met echografie alleen niet in het bot zelf kijken. Hiermee kun je wel zien of het weefsel verdikt is, of er vocht in het gewricht zit of dat er sprake is van verhoogde doorbloeding. Dat zijn allemaal tekenen van ontstekingen. Met MRI kun je naast de weke delen ook botafwijkingen zien, omdat je met deze techniek ook in het bot kunt kijken. Met MRI kun je bijvoorbeeld vocht in het weefsel en in het bot zien.
Beeldvormende technieken bij axiale SpA
Het is soms lastig om de diagnose axiale SpA te stellen. Uit bijvoorbeeld een bloedtest of vragenlijst blijkt niet altijd dat iemand axiale SpA heeft, terwijl dat wel zo is. Beeldvormende technieken kunnen dan een uitkomst zijn. Een belangrijk kenmerk van axiale SpA is dat iemand extra bot aanmaakt en dat bot kan vergroeien. Een beeldvormende techniek waarmee je ook in een vroege fase al axiale SpA kan opsporen is MRI. Hiermee kun je namelijk botafwijkingen, ontstekingen in de botten en beenmerg zien. Ook kun je met MRI beter dan met een röntgenfoto structurele botschade in beeld brengen. Daardoor heeft MRI voor axiale SpA niet alleen voor het stellen van de diagnose veel waarde, maar ook tijdens de behandeling.
Wel vertelde Conny dat ook mensen die axiale SpA hebben soms toch een gezonde MRI scan hebben. Bovendien kunnen mensen zonder axiale SpA ook beenmergschade, vocht of een verdikking van het bot hebben. In de vroege fase van de ziekte zijn een aantal afwijkingen die je op de MRI kunt zien dus niet altijd specifiek voor axiale SpA. Daardoor kan het voorkomen dat met MRI ten onrechte de diagnose axiale SpA wel of niet wordt gesteld. Gelukkig kunnen andere onderzoeken dan soms meer duidelijkheid scheppen.
Beeldvorming bij artritis psoriatica
Ook bij artritis psoriatica kunnen echografie en MRI helpen om de aandoening op te sporen en in de gaten te houden. Echografie en MRI hebben namelijk een hoge gevoeligheid om ontstekingen in de gewrichten, pezen en wervelkolom op te sporen. Maar deze technieken kennen ook beperkingen, omdat je met echografie niet door het bot heen kunt kijken. Terwijl de peesaanhechtingen, die bij deze aandoening beschadigd kunnen zijn, dicht tegen het bot aan zitten. Ook zijn de peesaanhechtingen slecht doorbloedt, waardoor je deze met echografie moeilijk ziet. Met MRI kun je wel in het bot kijken, maar krijg je maar een bepaald deel van het lichaam in beeld. Daarom vertelde Conny dat er binnen de reumatologie behoefte is aan nieuwe beeldvormende technieken. Een voorbeeld is de PET-CT scan.
PET-CT scan
De PET-CT scan is een combinatie van een CT-scan en een PET-scan. Bij een CT-scan krijg je een gedetailleerde opname van botten, bloedvaten en weefsels. Een PET-scan brengt de stofwisseling van weefsels in beeld. Bij de PET-CT techniek krijgt iemand eerst een injectie met een PET-tracer. Die verspreidt zich door het lichaam. De PET-tracer is een licht radioactief middel. Deze radioactieve stof is niet gevaarlijk en scheidt je lichaam vanzelf weer uit. De PET-tracer bestaat bijvoorbeeld uit een suikermolecuul of eiwit, dat zich kan binden aan een specifieke immuuncel of aan een eiwit van het afweersysteem.
Na de injectie gaat iemand op een scanbed door een circulaire camera. Door de straling in de radioactieve stof kan de arts met de camera zien waar in je lichaam de tracer zich aan immuuncellen of eiwitten van het afweersysteem bindt. Daar bevinden zich dan ontstekingen. Door deze scan krijg je dus afbeeldingen van waar in je lichaam zich precies ontstekingen bevinden. Het mooie aan de PET-CT scan is ook dat je hele lichaam in één keer wordt afgebeeld.
PET-CT bij axiale SpA
Met name voor het in beeld brengen en opsporen van de aanmaak van bot bij axiale SpA is de PET-CT volgens Conny veelbelovend. Conny heeft namelijk onderzoek gedaan naar de PET-tracer fluoride bij axiale SpA. Fluoride stapelt zich op waar nieuw bot wordt aangemaakt. Door met deze PET-tracer een PET-CT scan te maken, kun je heel gevoelig de activiteit van het bot meten. Daardoor maakt de scan zichtbaar waar nieuw bot wordt aangemaakt en kun je de diagnose axiale SpA eerder stellen.
Beeldvormende technieken bij grote vaten vasculitis en spierreuma
Ten slotte vertelde Conny nog over beeldvormende technieken bij grote vaten vasculitis. Bij grote vaten vasculitis zijn de grotere slagaders van het lichaam ontstoken, zoals de aorta en de vertakkingen daarvan. Het heeft overlap met spierreuma, omdat spierreuma kan leiden tot een ontstoken bloedvat aan de zijkant van het hoofd (arteriitis temporalis). Met bijvoorbeeld echografie of een PET-CT scan kun je de aorta en zijn aftakkingen zien. Bij grote vaten vasculitis is dan bloed en vocht zichtbaar, wat betekent dat er een ontsteking is. Bovendien kan een PET-CT scan ontstekingen in de vaatwand zichtbaar maken.
Hoopvol voor de toekomst
Met name de PET-CT scan, waarmee je het hele lichaam in beeld kunt brengen, is een veelbelovende nieuwe beeldvormende techniek bij reuma. Afhankelijk van de specifieke PET-tracer kun je kijken naar ontstekingen in de gewrichten, de wervelkolom en de vaten. Maar hiermee kun je bijvoorbeeld ook ontstekingen bij sclerodermie en de ziekte van Sjögren opsporen. Bij de ziekte van Sjögren kun je daarbij kijken naar de opname van de PET-tracer in de speeksel- en lymfeklieren. Deze techniek biedt dus veel mogelijkheden om het hele lichaam te beoordelen en voor verschillende reumatische aandoeningen ontstekingen op te sporen. In de toekomst verwacht Conny dat we nog beter worden in het toepassen van deze technieken bij reuma. En dat ze ook steeds meer gebruikt zullen gaan worden. Meer mensen met reuma kunnen hier dan hopelijk gebruik van gaan maken.