Medicijn – voedingssupplementen
Voedingssupplementen
Voedingssupplementen
Voedingssupplementen zijn geen medicijnen, maar aanvullingen op je normale voedingspatroon!
Je kunt voedingssupplementen kopen in de vorm van bijvoorbeeld pillen, poeders, druppels, capsules, ampullen met vloeistof of drankjes. De voedingssupplementen bevatten vitamines, mineralen of bioactieve stoffen. Grofweg kun je ze indelen in:
• een voedingssupplement, dat maar 1 vitamine of mineraal bevat.
• een multisupplement, dat uit een combinatie van vitamines, mineralen of bioactieve stoffen bestaat.
• een nutraceutical, dat uit synthetisch (industrieel) gemaakte vitamines, mineralen of bioactieve stoffen bestaat.
Het is niet nodig om extra voedingssupplementen in te nemen, als je voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt door gevarieerd te eten. Het kan wel nodig zijn bij:
• zwangere vrouwen. je krijgt advies om voor en tijdens je zwangerschap foliumzuur en vitamine D te slikken. Je lichaam neemt voedingsstoffen in pillen gemakkelijker op dan voedingsstoffen in eten. De opname van foliumzuur (vitamine B11) uit eten is bijvoorbeeld 30 tot 50% lager dan de opname van synthetisch foliumzuur (PMG) in je lichaam. Eten van voldoende calciumrijke producten (melk, yoghurt, kaas), jodiumrijke producten (brood en zuivel) en vis is ook belangrijk. Als je zwanger bent, is het af te raden om voedingssupplementen te slikken met vitamine A (retinol, retinal, retinyl-acetaat of retinyl-palmitaat). Als je te veel vitamine A binnenkrijgt, kan dat schade toebrengen aan je ongeboren kind. Je mag per dag 3.000 microgram vitamine A binnen krijgen.
• mensen, die extreem afvallen of eenzijdig eten (bijvoorbeeld vegetariërs, veganisten of flexitariërs). Vegetariërs eten geen vlees, maar wel eieren en zuivel (lacto-ovo-vegetarisch) en soms vis (pescotariërs). Veganisten eten helemaal geen vlees of andere dierlijke producten, dus ook geen melk of eieren. Flexitariërs eten op sommige dagen geen vlees. Je kunt prima eten met minder of zonder vlees, als je wel andere etenswaren eet met voldoende eiwit, ijzer, vitamine B1 en vitamine B12. Vitamine B12 zit alleen in dierlijke producten. Heb je een tekort aan vitamine B12, dan kun je vitamine B12-supplementen slikken.
• jonge kinderen (vitamine D). Vitamine D is nodig bij de botopbouw in je lichaam en beschermt jonge kinderen tegen rachitis (Engelse ziekte), een vergroeiing van het skelet.
• oudere mensen, die weinig eten (vitamine D en B12). Bij oudere mensen met maag-/darm infecties kan opname van vitamine B12 uit de voeding niet genoeg zijn. Vitamine B12 uit een voedingssupplement wordt vaak wel beter opgenomen in het lichaam.
Vitamines
Vitamines zijn voedingsstoffen, die je in kleine hoeveelheden binnenkrijgt via je eten en drinken. Je hebt vitamines nodig om te groeien en je lichaam gezond te houden. Maar téveel vitamines kunnen ook schadelijk zijn voor je gezondheid. Vitamines leveren geen energie voor je lichaam. Vitamines zijn onmisbare voedingsstoffen, omdat je lichaam ze te weinig of niet aanmaakt. Maar er zijn een paar uitzonderingen, waarbij je lichaam wel vitamines aanmaakt:
• je lichaam maakt kleine hoeveelheden vitamine K aan in de darmen.
• je lichaam zet voorlopers van vitamines om in vitamines. Provitamine A (carotenoïden) wordt omgezet in vitamine A en provitamine D in vitamine D. Vitamine D is belangrijk voor sterke botten, tanden, spieren en je afweer.
• je lichaam kan zelf niacine (vitamine B3) aanmaken uit het aminozuur tryptofaan.
Mineralen en spoorelementen
Je hebt mineralen en spoorelementen nodig om te groeien en je lichaam gezond te houden. Maar een té veel aan mineralen kan ook schadelijk zijn voor je gezondheid. Je kunt bijvoorbeeld té veel natrium binnenkrijgen via dagelijks gebruik van zout. Mineralen en spoorelementen krijg je in kleine hoeveelheden binnen via je eten en drinken. Ze leveren geen energie voor je lichaam. Je lichaam heeft ook weinig spoorelementen nodig. Maar je lichaam kan mineralen en spoorelementen niet zelf aanmaken. Je moet deze essentiële mineralen en spoorelementen dus binnenkrijgen via je eten en drinken:
• de mineralen, die je lichaam nodig heeft, zijn: calcium, chloride, fosfor, kalium, magnesium, natrium.
• de spoorelementen, die je lichaam nodig heeft, zijn: chroom, fluoride, ijzer, jodium, koper, mangaan, molybdeen, selenium, zink.
› Calcium zit in zuivelproducten (zoals melk, kaas, eieren, boter) en in groene groenten (zoals boerenkool en spinazie) in de vorm van calciumfosfaat. In voedingssupplementen vind je bijvoorbeeld calciumcitraatmalaat. Je darmen nemen calcium op met hulp van vitamine D. De opname van calcium in je lichaam kan lager zijn door oxaalzuur en fytinezuur. Oxaalzuur zit in groenten, zoals rabarber en spinazie. Fytinezuur zit vooral in granen. Maar als je gezond en gevarieerd eet, kun je prima van deze groenten en granen eten. Calcium heeft verschillende taken in je lichaam:
• het is onmisbaar bij de opbouw en onderhoud van je botten en gebit en gaat botontkalking en osteoporose tegen. Bij botontkalking worden je botten steeds minder sterk. Botontkalking leidt tot osteoporose, als de botdichtheid steeds verder daalt.
• het is nodig voor een goede werking van je zenuwen en spieren en bij de bloedstolling.
• het is nodig voor het transport van andere mineralen in je lichaamscellen, zoals natrium, kalium en magnesium.
Je verliest meer calcium via het plassen door gebruik van zout, alcohol en cafeïne in bijvoorbeeld koffie, thee en cola.
› Kalium is samen met chloride en natrium nodig bij het regelen van je vochtbalans en bloeddruk in je lichaam. Kalium en natrium zorgen er ook voor, dat zenuwprikkels goed geleid worden en spieren zich samentrekken. Kalium zit vooral in groente, fruit, aardappelen, vlees, vis, noten, melkproducten en brood. Je kunt een kaliumtekort krijgen als je hevig moet braken, ernstige diarree hebt en/of plaspillen gebruikt. Je mag alleen kaliumtabletten gebruiken in overleg met je dokter, want als je nieren slecht werken, ontstaat er een teveel aan kalium in je lichaam.
› Magnesium is nodig bij de vorming van botten en spieren en bij de werking van spieren en de overdracht van zenuwprikkels. Het mineraal zit bijvoorbeeld in graanproducten, groente, noten en melkproducten. Je hebt kans op een té hoge inname aan magnesium als je supplementen met magnesium, magnesiumzouten en/of mineraalwater met veel magnesium gebruikt.
Synthetisch stoffen
Synthetische stoffen zijn niet met natuurlijke ingrediënten gemaakt en worden aan voedingsmiddelen toegevoegd met E-nummers. Je lichaam maakt geen onderscheid tussen natuurlijke of synthetische stoffen. Ze zijn dus allebei even gezond en veilig. Synthetische stoffen zijn nagemaakt van stoffen, die je in de natuur vindt, bijvoorbeeld:
• indigotine (E132). Deze kleurstof vindt je in blauwe heesters, maar in voedingsmiddelen zit alleen de synthetische stof.
• appelzuur (E296) zit in appels, maar wordt synthetisch nagemaakt uit citroenzuur of door fermentatie van een suikeroplossing.
• kopercomplexen van chlorofyllen (E141). Deze kleurstoffen worden gemaakt uit een andere synthetische kleurstof (E140).
• sucralose (E955) is een zoetstof, gemaakt uit kristalsuiker. Je lichaam verteert het niet, dus levert het geen calorieën op.
Bioactieve stoffen
Bioactieve stoffen zijn voedingsstoffen, die een bevorderend effect hebben op bepaalde processen in je lichaam. Ze verschillen van vitamines en mineralen, omdat ze niet vereist zijn voor de werking van je lichaam. Bioactieve stoffen zijn stoffen, die in planten (fytonutriënten of fytochemicaliën) voorkomen en soms in geconcentreerde of synthetische vorm aan voedingsmiddelen worden toegevoegd. Je lichaam kan zonder deze bioactieve stoffen, want hun werking kan ook door andere voedingsstoffen worden opgepakt. Bioactieve stoffen zijn bijvoorbeeld: flavonoïden, cafeïne, carotenoïden (bètacaroteen, luteïne en lycopeen), carnitine, choline, co-enzym Q, creatine, dithiolthionen, fytosterolen (plantensterolen, die aan margarine toegevoegd worden om het cholesterolgehalte in je bloed te verlagen), fyto-oestrogenen (isoflavonen, die botontkalking bij vrouwen na de overgang kunnen vertragen), glucosinolaten, polyfenolen (flavonoïden: flavonolen, flavanonen, flavanolen en isoflavonen), prebiotica en taurine.
Voedingssupplementen met visolie, kruiden, plantenbestanddelen, paddenstoelen, probiotica, algen en carotenoïden
Er zijn ook voedingssupplementen met visolie, kruiden, plantenbestanddelen, paddenstoelen, probiotica, algen en carotenoïden (waar vitamine A uit gemaakt kan worden). Deze stoffen zitten vaak in onze voeding, maar in te kleine hoeveelheden, want we krijgen er te weinig van binnen. Deze extra vitamines, mineralen of bioactieve stoffen hebben dezelfde werking als de vitamines en mineralen, die in je dagelijkse eten en drinken zitten.
Kruidensupplementen
De kruidensupplementen zijn gemaakt van planten of kruiden. Een kruid of plant is een natuurlijk ingrediënt, maar dat is nog geen garantie, dat het veilig te gebruiken is. Kruiden en planten kunnen plantengifstoffen bevatten, die in geconcentreerde vorm in kruidenmiddelen kunnen zitten. Dat kan schadelijk zijn voor je gezondheid. Kruidenmiddelen kunnen ook schadelijk zijn in combinatie met je medicijnen. Je kunt ze kopen als voedingssupplement in de vorm van poeders, drankjes of pillen. Kruidenmiddelen staan bekend om een bepaald effect, bijvoorbeeld eetlustremmend, kalmerend of slaapopwekkend. Kruiden in de kruidenmiddelen zijn bijvoorbeeld valeriaan, knoflook, ginkgo en sint-janskruid. Ze worden veel gebruikt in de traditionele Chinese geneeskunde. Kruidensupplementen kun je in de supermarkt, bij de drogist of op het internet kopen. Keukenkruiden zijn geen kruidenmiddelen.
ADH, etiket en E-nummers bij voedingssupplementen
Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH)
Je moet niet meer vitamines of mineralen slikken dan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH), die op de verpakking staat. Op het etiket van de verpakking staat voor hoeveel procent de vitamines en mineralen bijdragen aan de referentie-inname (RI). De RI is een soort etiketterings-ADH. Sommige vitamines of mineralen kunnen, als je ze lange tijd slikt of teveel inneemt, zelfs schadelijk zijn. Dat is vooral bij vitamine A, vitamine D en vitamine B6, maar ook bij mineralen of spoorelementen, zoals calcium, magnesium, zink, koper, jodium en selenium. Van veel andere stoffen, die in supplementen kunnen zitten, zoals bioactieve stoffen, is de veilige dosis vaak niet bekend.
Etiket
Je moet een etiket op een voedingssupplement of kruidenmiddel altijd lezen. Hierop staat hoeveel er van een bepaalde stof in bijvoorbeeld de pillen, poeders, druppels, capsules, ampullen met vloeistof of drankjes zit. Je weet daardoor beter wat je koopt en je kunt verschillende producten onderling vergelijken. Op voedingssupplementen en kruidenmiddelen moet een advies staan over het gebruik ervan en de toegestane dosering per dag. Volg dit advies op en neem nooit meer dan de aanbevolen hoeveelheid per dag. De inhoud van het etiket is vastgelegd in de Warenwet Informatie Levensmiddelen (WIL) en in de Europese wet Voedselinformatie. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) houdt hier toezicht op.
E- nummers
Een E-nummer wordt gebruikt voor toevoegingen (additieven) uit planten, struiken en bomen. De zoetstof steviolglycosiden (E960) wordt uit de bladeren van de steviaplant gehaald. E-nummers kunnen ook een dierlijke oorsprong hebben, zoals de oranje kleurstof E161g (canthaxanthine) uit gelatine, de emulgator en stabilisator E483 (stearyltartraat) uit vet van varkens en de rode kleurstof E120 (cochenille extract, karmijnzuur, karmijn) uit schildluizen. Sommige E-nummers zijn daarom niet geschikt voor veganisten, vegetariërs en in sommige religies. E-nummers kunnen ook gehaald worden uit steen, zoals de witte kleurstof calciumcarbonaat (E170) uit kalksteen. E-nummers kunnen ook synthetisch in de fabriek gemaakt worden, dat is vaak goedkoper. Een kunstmatig E-nummer is de smaakversterker glutamaat, die in de fabriek gemaakt wordt via fermentatie. Dan worden bacteriën toegevoegd aan de suikers, waarna glutamaat (E620) ontstaat. Er zijn ook kunstmatige synthetische E-nummers, gemaakt in de fabriek, bijvoorbeeld de AZO-kleurstoffen E102, E110, E122, E123, E124, E129, E151, E155 en E180.
Als een product een E-nummer heeft, dan is de toevoeging een ingrediënt in het product. Je kunt het toegevoegde ingrediënt dus terugvinden in de ingrediëntenlijst op het etiket. Een E-nummer wordt alleen toegevoegd om een eigenschap van een product te verbeteren, bijvoorbeeld kleur, smaak of houdbaarheid. Kleurstoffen hebben nummers tussen 100 en 200. Conserveermiddelen en voedingszuren hebben nummers tussen 200 en 300 en antioxidanten en voedingszuren hebben nummers tussen 300 en 400. De toevoeging is niet hetzelfde als de ingrediënten zout, suiker, azijn of saffraan, want dit zijn ook voedingsmiddelen.
Antioxidanten
Antioxidanten
Antioxidanten zijn stoffen in groente en fruit, zoals vitamines E en C (bètacaroteen en het lichaamseigen glutathion), spoorelementen (bijvoorbeeld seleen, zink) en bioactieve stoffen (bijvoorbeeld flavonoïden in groenten en fruit).
Antioxidanten beschermen de weefsels en het DNA in je cellen tegen vrije radicalen. Ze kunnen de vrije radicalen onschadelijk maken, als er teveel zijn in je lichaam. Vrije radicalen ontstaan bij een normale stofwisseling, maar ook bij roken, zonnen en bij ontstekingsreacties in je lichaam. Er zijn aanwijzingen dat vrije radicalen na lange tijd misschien hart- en vaatziekten, kanker en schade aan het zenuwstelsel kunnen veroorzaken en een rol spelen bij het ouder worden. Maar vrije radicalen zijn ook belangrijk voor je lichaam. Je afweercellen gebruiken de vrije radicalen bijvoorbeeld om ongewenste bacteriën te doden of om beschadigde eiwitten in de spieren op te ruimen na het sporten.
Antioxidanten worden ook gebruikt als hulpstof bij het maken van voedingsmiddelen. Ze worden bijvoorbeeld toegevoegd om te voorkomen, dat vetten ranzig worden en producten met vruchten bruin kleuren. De belangrijkste toegestane antioxidanten in voedingsmiddelen zijn: vitamine C, zouten van ascorbinezuur E300 t/m E304, vitamine E-verbindingen E306 t/m E309 en synthetische antioxidanten (gallaten, BHA en BHT E310 t/m E319). Flavonoïden zitten in groente en fruit. Ze geven kleur, maar zijn geen (essentiële) voedingsstoffen. Het is niet duidelijk of hele grote hoeveelheden flavonoïden ook negatieve effecten op je gezondheid kunnen hebben. Daarom wordt afgeraden om voedingssupplementen en producten met toegevoegde flavonoïden te gebruiken. Bij superfoods (bijvoorbeeld antioxidantrijke bessen) zie je ook geen groter effect op je gezondheid. Als je gezond en gevarieerd eet met voldoende groente en fruit, dan krijg je genoeg antioxidanten binnen.
Voor voedingssupplementen met vitamine E en C, bètacaroteen en voor de spoorelementen seleen en zink is een gezondheidsclaim goedgekeurd, want daarvan is de antioxidantwerking duidelijk aangetoond.
Gezondheidsclaims
Gezondheidsclaims
Gezondheidsclaims vertellen je, dat een voedingsmiddel of voedingssupplement voordelig is voor je gezondheid. Je kunt een gezondheidsclaim vinden op allerlei producten. Op bepaalde voedingsmiddelen en voedingssupplementen staat soms een gezondheidsclaim als het product gezonder is gemaakt door er iets uit te halen of juist aan toe te voegen. Een gezondheidsclaim moet goed onderbouwd zijn. De maker van een product mag een gezondheidsclaim alleen gebruiken, als deze is goedgekeurd door de Europese Voedselveiligheid Autoriteit (EFSA). De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) houdt toezicht op de gezondheidsclaims in Nederland. Als je gevarieerd en gezond eet, hebben voedingsmiddelen of voedingssupplementen met een gezondheidsclaim nauwelijks of geen voordeel.
Beïnvloeding werking medicijnen en voedingssupplementen
Medicijnen en voedingssupplementen kunnen elkaars werking beïnvloeden
• Als je bepaalde voedingssupplementen gebruikt, kunnen sommige medicijnen sterker of juist minder werken of zelfs niet meer werken. Als je medicijnen gebruikt, die je afweer onderdrukken, is het advies bijvoorbeeld om het supplement Echinacea niet te gebruiken. Dit voedingssupplement stimuleert namelijk je afweersysteem. Daardoor kan het de werking van je medicijnen verstoren. Ook het supplement Sint-janskruid kan de werking van afweer-onderdrukkende medicijnen verminderen.
• Sommige medicijnen kunnen de opname aan voedingsstoffen in je lichaam verminderen. Als je de medicijnen lang gebruikt, dan kan er een tekort aan vitaminen of mineralen ontstaan.
› Als je bijvoorbeeld prednison gebruikt, neem je minder calcium en kalium op. Je kunt daardoor last krijgen van hartkloppingen, vermoeidheid of spierkrampen. Je kunt dan extra calcium en vitamine D supplementen gebruiken.
› Protonpompremmers, zoals omeprazol en pantoprazol, zijn medicijnen tegen maagzuur. Een bijwerking van deze medicijnen is dat je lichaam minder vitamine B12 en magnesium kan opnemen. Als je de protonpompremmers maanden of jaren gebruikt,
dan kun je een tekort aan vitamine B12 of magnesium opbouwen. Bij een tekort aan vitamine B12 kun je bloedarmoede krijgen met last van moeheid, duizeligheid, hartkloppingen, oorsuizen, tintelingen of een doof gevoel in handen en voeten, slappe beenspieren en geheugenverlies. Bij een tekort aan magnesium kun je klachten krijgen, zoals misselijkheid, lusteloosheid, vermoeidheid, spierkrampen, hartritmestoornissen of stuipen.
› Als je langere tijd metformine gebruikt, dan verlaagt dat de glucose in je bloed. Metformine is een medicijn bij diabetes. Een bijwerking van metformine is dat je lichaam minder vitamine B12 kan opnemen. Als je al jaren metformine gebruikt, dan kun je een tekort aan vitamine B12 krijgen. Bij een tekort aan vitamine B12 kun je bloedarmoede krijgen met last van moeheid, duizeligheid, hartkloppingen, oorsuizen, tintelingen of een doof gevoel in handen en voeten, slappe beenspieren en geheugenverlies.
› Als je het plastablet hydrochloorthiazide gebruikt, dan verlaagt je bloeddruk, omdat er meer zouten in de urine komen en je meer vocht uit plast. Een bijwerking van hydrochloorthiazide is ook, dat het kaliumgehalte in je bloed daalt. Bij een tekort aan kalium kun je last krijgen van hartkloppingen, vermoeidheid, spierkramp of slappe spieren. Ook het magnesiumgehalte in je bloed kan misschien dalen met klachten als misselijkheid, lusteloosheid, vermoeidheid, spierkrampen, hartritmestoornissen en stuipen.
› Als je langere tijd prednison of prednisolon slikt, dan gebruik je corticosteroïden. Dat zijn synthetische hormonen, die de ontstekingen in je lichaam onderdrukken. Een bijwerking van corticosteroïden is botontkalking, omdat de aanmaak van botweefsel geremd wordt. Je lichaam neemt ook minder calcium in de darmen op en je nieren verwijderen meer calcium uit je lichaam. Als je langer dan 3 maanden corticosteroïden gebruikt of moet gaan gebruiken, dan kunnen extra calcium en vitamine D nodig zijn. Door vitamine D wordt calcium beter in je lichaam opgenomen. Een andere bijwerking is, dat je lichaam minder kalium opneemt. Als je tegelijk plastabletten gebruikt, kun je een tekort aan kalium krijgen. Bij een tekort aan kalium kun je last krijgen van hartkloppingen, vermoeidheid, spierkramp of slappe spieren.
› Als je de anticonceptiepil maanden tot jaren gebruikt, dan kun je een afname van foliumzuur en magnesium in je bloed hebben. Bij een tekort aan foliumzuur kun je bloedarmoede krijgen met klachten als vermoeidheid, duizeligheid en last van je darmen. Bij een tekort aan magnesium kun je klachten krijgen als misselijkheid, lusteloosheid, vermoeidheid, spierkrampen, hartritmestoornissen en stuipen.
Meer informatie voedingsmiddelen en medicijnen
Voedingsmiddelen
Wat je moet weten over voedingssupplementen – Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit I https://youtu.be/WVCpH55RCqo?si=32Dt2jpNXuv6LC6y
Voedingssupplementen | uitgelegd – Amsterdam UMC I https://youtu.be/qn7Ve7tGu74?si=3geAPdP5eOwLaLNH
Heb ik supplementen nodig? – Voedingscentrum I https://youtu.be/ZSo15AIdf3Y?si=LKPB9phCR_xyEkbl
Multivitaminen – Tips (Consumentenbond) – Consumentenbond I https://youtu.be/_DMmHTUAOBQ?si=YqCQZLG1GruzqvhQ
Zijn vitaminepillen ongezond? – Universiteit van Nederland I https://youtu.be/2UDz5T8ukc0?si=jTNEsHAWHHdXqLUq
Het belang van vitamines – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/4GGqznH0Md4?si=li7bnjVNjLLmKpD2
Vitamine D – Gek van Geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/FdwQ-LHwp1o?si=9IpavGGs6qQQhV2h
Medicijnen
Merk of merkloos geneesmiddel – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/EYtV9PLn6WQ?si=Qf_vU3tGj9p1nBYz
Geneesmiddelentekort – Gek van Geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/ASMpuvh6GTI?si=oHtjTBxca6jMN8NK
Hoe dien je het medicijn toe? – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/rv7tBfLdp3U?si=OdfOowPkmmhrK7Xu
Therapietrouw – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/Hn2-jx0tnlM?si=UTIzvFPJRzABv44t
Bijwerkingen bij geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/0mZhKt9W3Bw?si=rrKpzrMXzzCBcynZ
Allergisch voor een geneesmiddel – Gek van Geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/zji77OY0i14?si=WsXxNV-nVowoSItw
Pijnstillers, een genuanceerd verhaal – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/s6y-DUmqWww?si=J_p2LraWtNRSGjzR
Veel gestelde vragen over pijnstillers – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/o5SX_F9gYjs?si=gu2es8xzXYBLeNwO
Hoe bewaar ik mijn geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/Pmguu5aipPI?si=yoKZekYNloWptlgv
Op vakantie met medicijnen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/r6WTP6XKc3E?si=E8heyn-E_yb1onWS
Geneesmiddelen en rijvaardigheid – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/Yo5I-S_4W6c?si=LMh-3x7L0j_GoV9P
Geneesmiddelen en Seksualiteit – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/tJBqrQWvr-M?si=e0tWoKFbVCKOWzDX
Geneesmiddelen en gewichtstoename – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/becWBysty0w?si=h4hoWq2S4LiX1uKP
Geneesmiddelen en de Ramadan – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/WQEQ5D3huUU?si=WHMaTfuiSqBd1Yrs
Beweging, sport & geneesmiddelen – Gek van Geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/M2DMvHicSA4?si=Ik7n3HqZQd_JsQgl
Geneesmiddelen bij Artrose – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/u4811qpNuTA?si=XoQc0tqaCAVRJhcp
Behandelstrategie Reumatoïde Artritis – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/nfFXhtTbSEg?si=rtG0BKgrFUM8IC1B
Jicht – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/aBiBduh8zgY?si=rUADhO_tIXHdWPFi
Jeugdreuma en geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/BzqFUVO2BFI?si=_ZTUtHbux1GwhxA3
Osteoporose – Gek van Geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/FjLXeurdArg?si=q9ea_fQRkDqEEWgI
Methotrexaat – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/VYK5xYt-ORs?si=0Q8jziUdCEL67U-g
Prednisolon – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/KxEJhosLSQk?si=TJSCorz8o51mYyHP
Biologicals – Gek van geneesmiddelen – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/UPZAUHHBTq8?si=iBcn2_ldDuKmRT0Y
Corona en reumamedicatie – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/DT2iy8NCPjM?si=yuarcth_z-3HG8bC
Medicinale cannabis – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/e_pvCxltdWA?si=02wRwQXKpnA8Ikoo
Alternatieve behandelingen voor reuma – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/Gy8Q9KdguR0?si=pYHDCYoSIz4NjB1K
Het griepvaccin bij reuma – Sint Maartenskliniek I https://youtu.be/ycB2vL8Bo34?si=ARVC6Aen4uEwDPBi
Hoe weet een medicijn waar het heen moet? -Universiteit van Nederland I https://youtu.be/OJteTBHS43Q?si=JFep45E-V1UvUe-6
Farmacokinetiek – Wat doet het lichaam met een medicijn? – Juf Danielle I https://youtu.be/Jp_WTAHZS3c?si=uwKkfekA88nIDfJP
Farmacodynamiek – Juf Danielle I https://youtu.be/SBVOUh2l3wQ?si=MkG8fSTqze4ICtup
How Medications Get Absorbed By Your Body – Nucleus Medical Media I https://youtu.be/mH81Q9Dtodc?si=pcNpLyFlteqYmLPb
How Your Body Gets Rid of Medications – Nucleus Medical Media I https://youtu.be/795CmRHVRUs?si=VbCKLKupr1SdsSQN
How Your Body Metabolizes Medications – Nucleus Medical Media I https://youtu.be/Fzh8mOOYywo?si=aTcZm3M7gkdNPLT6