Jeugdreuma – klachten

Huisarts
Als je ziek wordt of klachten hebt, die maar niet weggaan, dan ga je naar de huisarts. Je huisarts is de eerste medische behandelaar om je klachten te behandelen. Lukt het niet om je klachten goed te behandelen en wordt je niet beter, dan zal de huisarts samen met jou en je ouders kijken naar verdere behandeling. Je huisarts kan je doorsturen naar de reumatoloog of een andere dokter in het ziekenhuis of een kliniek.

Klachten, die je kunt hebben bij jeugdreuma
Je lichamelijke klachten hangen af van de vorm of subtype jeugdreuma, dat je hebt.
• Ontstoken gewrichten. 
Als je reuma actief is, heb je één of meer ontstoken, warme en gezwollen gewrichten. Je ontstoken gewricht kun je minder goed te bewegen, want het is stijf en pijnlijk. Je kunt vooral ‘s ochtends als je wakker wordt of als je al heel lang in dezelfde houding zit of staat last van stijve pijnlijke gewrichten hebben. De pijn wordt minder door weer te bewegen. Aan het eind van de dag kunnen de pijn en stijfheid weer erger worden door vermoeidheid.
• Ontsteking in verschillende organen.
Je kunt last krijgen van een ontstoken hartzakje (pericarditis) of een ontsteking aan de longen (pleuritis). Je hebt pijn op de borst bij het ademhalen en last van benauwdheid. Van een ontsteking in de lever, milt of lymfeklieren merk je meestal weinig tot niets. De dokter controleert dat door bloedonderzoek.
• Bewegen en spierpijn.
Als je pijn hebt, dan wil je jouw gewricht natuurlijk zo weinig mogelijk of niet meer bewegen. Je kunt gaan kruipen in plaats van te lopen of billenschuiven in plaats van te kruipen. Je gaat minder doen, want spelen of uitgaan wordt steeds minder. Zonder geregeld te bewegen, worden je gewrichten nog stijver en je spieren nog zwakker. Soms krijg je last van spierpijn, die enkele weken kan aanhouden. Blijven bewegen is belangrijk om een goede lichaamshouding aan te leren en te behouden.
• Uveïtis.
Je loopt ook kans op een chronische uveïtis. Dat is een langdurige ontsteking van het regenboogvlies in je oog. In dit vlies zitten de bloedvaten, die voor de bloedtoevoer van je oog zorgen. Je hebt rode en waterige ogen en een verhoogde gevoeligheid voor licht. Je moet daarom regelmatig een oogcontrole krijgen.
• Koorts en huiduitslag.
Je hebt vaak last van een hoge koorts, die 39,4 C of hoger kan zijn. Je krijgt ook vaak een zalmkleurige huiduitslag, die komt en gaat. Je kunt ook last van zachtroze/rode vlekken op de huid hebben en misselijkheid.
• Groeiachterstand.
Als je al lang veel ontstoken gewrichten hebt, dan kan je lichaamsgroei vertragen door een tekort aan het natuurlijke groeihormoon in je lichaam. Sommige medicijnen (corticosteroïden) bevorderen je groeiachterstand ook. Je kunt een groeiachterstand zien aan je lengte, maar ook aan de groei van je kaak, handen en voeten.
Als je een gezonde groeiontwikkeling hebt, is het natuurlijke groeihormoon in je lichaam voldoende. Het natuurlijke groeihormoon is een eiwit, dat wordt gemaakt in de hypofyse. Je hypofyse is een klier en controleert ook de werking van een aantal klieren, die hormonen aanmaken. Dat zijn de bijnieren, de schildklier, bij vrouwen de eierstokken en bij mannen de zaadballen. De hypofyse zit onder aan de hersenen in je schedelbasis. De hypofyse maakt zelf ook hormonen aan. Hormonen zijn boodschapperstoffen, die onder andere je stofwisseling, je groei en de voortplanting regelen.
Een groeihormoon wordt door de hypofyse met pieken afgegeven aan je bloedbaan, ongeveer 6 keer per 24 uur. Het zorgt in je lever voor de aanmaak van de groeifactoren. Samen met het groeihormoon stimuleert de groeifactor Insulin-like Growth Factor (IGF-1) de botgroei, waardoor je lichaamslengte toeneemt. Bij een tekort aan het natuurlijke groeihormoon kan je lichaamsgroei dus vertragen en moet je daaraan behandeld worden.

Osteoporose
Bij jeugdreuma kan er botontkalking (osteoporose) ontstaan door de reuma zelf of door medicijngebruik, bijvoorbeeld van de werkzame stof prednison. Je botten worden brozer en kunnen daarom sneller breken. Met een speciaal röntgenonderzoek (botdichtheidsmeting) kan je dokter de hoeveelheid kalk (calcium) in je botten meten.