Geen hoger risico op hart- en vaatziekten bij JAK-remmers dan bij biologicals
Er is de laatste tijd veel onderzoek gedaan naar JAK-remmers en het risico op hart- en vaatziekten. Een JAK-remmer zou het risico op het krijgen van een hart- en vaatziekte vergroten. Maar nieuw onderzoek laat zien dat mensen die een JAK-remmer gebruiken geen grotere kans hebben op een hart- en vaatziekte dan mensen die een biological krijgen.
JAK-remmers en hart- en vaatziekten
JAK-remmers zijn medicijnen die je kunt gebruiken bij verschillende vormen van ontstekingsreuma, zoals reumatoïde artritis of artritis psoriatica. Deze medicijnen remmen enzymen die een belangrijke rol spelen in het ontstekingsproces, waardoor de ontstekingen afnemen en je minder klachten hebt. Maar de laatste tijd zijn zorgprofessionals voorzichtig om JAK-remmers voor te schrijven aan mensen die een verhoogd risico lopen op een hart- en vaatziekte.
Het Europees Medicijnagentschap (EMA) adviseerde zorgprofessionals in 2022 namelijk om op te passen met het voorschrijven van JAK-remmers bij bepaalde groepen mensen. Deze mensen zouden bij het gebruik van een JAK-remmer eerder last krijgen van ernstige bijwerkingen, waaronder hart- en vaatziekten. Denk daarbij aan bloedstolsels, een hartinfarct of beroerte. Mensen die een verhoogd risico lopen op een hart- en vaatziekte, zoals mensen die roken, een hoge bloeddruk hebben, lijden aan diabetes of ouder zijn dan 65 jaar, zouden volgens het EMA beter geen JAK-remmer kunnen gebruiken. Een JAK-remmer is dan alleen een optie als andere medicijnen niet of onvoldoende werken.
Meer onderzoek nodig
Later onderzoek concludeerde echter dat deze aanbevelingen een beetje kort door de bocht zijn. Er zijn wel bepaalde groepen mensen die meer risico lopen op bijwerkingen van een JAK-remmer, maar dit ligt iets genuanceerder dan hoe het op dit moment in de aanbevelingen van het EMA staat. Daarom is meer onderzoek nodig. Dat is nu gebeurd. Onderzoekers uit Nederland vergeleken het risico op een hart- en vaatziekte tussen mensen met reumatoïde artritis (RA) die een JAK-remmer of een biological gebruiken. Ze wilden onderzoeken of hart- en vaatziekten echt vaker voorkomen bij JAK-remmers.
Hoe het onderzoek eruitzag
Mensen met RA die tussen 1 augustus 2018 en 31 januari 2022 met een nieuwe biological of JAK-remmer begonnen, konden aan het onderzoek meedoen. De onderzoekers selecteerden deze mensen uit een database met gegevens over het voorschrijven van medicijnen. Er deden in totaal 15.191 mensen mee, die samen 28.481 jaar werden behandeld met een JAK-remmer of biological. Het ging daarbij om 2373 jaar behandeling met een JAK-remmer, en 26.108 jaar behandeling met een biological. De meeste deelnemers waren vrouw (72%) en gemiddeld ongeveer 62 jaar.
Het voorkomen van een hart- en vaatziekte werd onderzocht door te kijken of mensen tijdens de studieperiode met trombocytenaggregatieremmers begonnen. Dit zijn medicijnen die het samenklonteren van bloedplaatjes tegenaan, wat bloedstolling remt. Bovendien remmen trombocytenaggregatieremmers een hart- of herseninfarct. Het gebruik van deze medicijnen geeft dus goed aan of iemand lijdt aan een hart- en vaatziekte. Vervolgens analyseerden de onderzoekers hoe vaak hart- en vaatziekten voorkomen bij mensen die JAK-remmers of biologicals gebruiken.
Resultaten: Geen hoger risico op hart- en vaatziekte bij JAK-remmers
De resultaten laten zien dat een hart- en vaatziekte 36 keer voorkwam tijdens de behandeling met een JAK-remmer. Dit betekent dat het 1,52 keer voorkomt per 100 behandeljaren. Bij de behandeling met een biological kwam een hart- en vaatziekte 383 keer voor. Dit staat voor 1,47 keer per 100 behandeljaren. Dit geldt ook voor mensen die ouder zijn dan 65 jaar. Bovendien kwamen vergelijkbare resultaten naar voren als de onderzoekers keken naar alleen mannen of vrouwen, of als ze de JAK-remmers tofacitinib en baricitinib apart bestudeerden.
Bij Nederlandse mensen met reumatoïde artritis lijkt het risico op het krijgen van een hart- en vaatziekte dus niet groter als je een JAK-remmer gebruikt dan wanneer je een biological gebruikt. Wel stellen de onderzoekers dat zij een kleine toename bij mensen die al een hoger risico lopen op een hart- en vaatziekte niet kunnen uitsluiten.
Wat betekent dit voor jou?
Het blijft belangrijk om op te letten en voorzichtig te zijn met het voorschrijven van JAK-remmers. Maar als andere medicijnen niet of onvoldoende werken, dan kan een JAK-remmer een goede uitkomst bieden. Ook voor mensen die in een risicogroep zouden vallen. Er zijn ook mogelijkheden om de kans op bijwerkingen te verkleinen, bijvoorbeeld door een lagere dosering te gebruiken. Het is in elk geval belangrijk dat jouw reumatoloog de risico’s van JAK-remmers met jou bespreekt. Net als de voor- en nadelen van dit medicijn. Alleen dan kun je een goede keuze maken over de medicijnen die jij wilt gebruiken.
Gebruik je een JAK-remmer voor de behandeling van jouw vorm van ontstekingsreuma? Verander je dosis niet en stop niet met het gebruik van het medicijn zonder dit met je reumatoloog te bespreken. Heb je vragen of krijg je klachten, neem dan contact op met je reumatoloog.
Meer informatie:
- Lees meer over het onderzoek (in het Engels): Therapy with JAK inhibitors or bDMARDs and the risk of cardiovascular events in the Dutch rheumatoid arthritis population
- Wanneer moet je oppassen met JAK-remmers? – Nationale Vereniging ReumaZorg Nederland
- Advies: wees voorzichtig met JAK-remmers bij bepaalde mensen met ontstekingsreuma – Nationale Vereniging ReumaZorg Nederland
- Korte film: wat is een JAK-remmer en wat kan ik verwachten? – Nationale Vereniging ReumaZorg Nederland
- JAK-remmers bij reuma – Nationale Vereniging ReumaZorg Nederland