Elleboogrevalidatie

Na de operatie

Je blijft 3 tot 5 dagen in het ziekenhuis. Na de operatie krijg je een stevig drukverband om je elleboog om zwelling van je onderarm te voorkomen, die er na ongeveer 3 dagen vanaf gehaald wordt. Je krijgt een nachtspalk, die je de eerste 4 tot 6 weken moet dragen voor extra steun. Je krijgt een ondersteunende draagband (mitella) en soms krijg je een gipsverband om je arm om deze voldoende rust te geven.
De revalidatie duurt zeker 3 tot 6 maanden, en soms zelfs langer. De eerste 6 weken mag je je arm niet strekken en geen onverwachte bewegingen maken.

Revalidatie thuis

Na 4 tot 6 dagen ga je oefenen met de fysiotherapeut. Je krijgt oefeningen om je elleboog weer goed te leren gebruiken. Vanaf de eerste oefendag mag je zelfstandig oefenen om de beweeglijkheid van je elleboog te vergroten. Door te oefenen maak je ook je spieren sterker. Al na een paar dagen kun je je elleboog vrij goed bewegen. Alleen volledig strekken en buigen is niet mogelijk. Je kunt de ondersteunende draagband (mitella) af en toe even afdoen en proberen je hand en vingers voorzichtig te bewegen. Laat je hand niet hangen, want dan zwelt deze op.
De elleboogprothese is geplaatst in de dunne pijpbeenderen van je onder- en bovenarm. Een te zware belasting van je arm of verkeerde bewegingen kunnen er voor zorgen, dat je prothese loslaat of je elleboog uit de kom raakt. Pas daarom op met het dragen van zware spullen en het trekken en duwen van zware lasten.
Beoefen met een elleboogprothese geen sport, waarbij je kracht zet met je armen, zoals bijvoorbeeld tennis, badminton of handbal.

Revalidatie elders

Je kunt ook in een verzorgingshuis, verpleeghuis of revalidatiecentrum revalideren. De nazorg kan verschillen per ziekenhuis, informeer van te voren hoe dat geregeld is. Als je na de operatie nog niet naar huis kunt, dan ga je naar een verzorgingshuis, verpleeghuis of revalidatiecentrum, waar plaats is.

Help mee