Edgar Stene schrijfwedstrijd 2020 – Michael Smith
Michael Smith: eervolle vermelding
RA – de angst om het aan je werkgever te melden
Mijn naam is Michael Smith, 53 en sinds 2010 ben ik bekend met RA. Toen ik de diagnose kreeg was ik net begonnen in een nieuwe baan bij een Japans bedrijf en had een tijdelijk contract. Mijn leidinggevende was op het 1e gezicht niet heel blij met mijn aanstelling die door zijn leidinggevende was besloten. Daardoor was ik vanaf het begin enigszins op mijn hoede. Mijn leidinggevende was een prototype Japanse manager. Aardig van buiten, streng van binnen. Hij had een vriendelijk, niet onknap gezicht, halflang sluik zwart haar met daaronder een standaard outfit: das, overhemd en blauwe broek. Elke dag stipt om 8:30 op kantoor tot 21:00 ’s avonds. Hij kende de schoonmakers goed. Zijn voornaam was Makoto wat Japans is voor oprecht en dat was hij ook, zowel als mens als werknemer. Hij was een oprechte dienaar van zijn bedrijf. Als ik wel eens vroeg over het bedrijfsbeleid dan trok hij bv een klein boekje uit zijn borstzak, waarin stond beschreven hoe als werknemer te handelen in voorkomende situaties. En alle beslissingen werden niet door hem genomen maar op het hoofdkantoor in Tokyo. Ik was bang dat ze op 14.000 km afstand in TKY weinig begrip zouden hebben voor een Nederlandse werknemer met RA. Ik was bang voor ontslag, als ik zou zeggen dat ik RA had.
Daarna kwam ik bij een Amerikaans bedrijf in dienst op een tijdelijk contract. Het leek mij beter om RA niet gelijk te benoemen omdat ik die baan hard nodig had. Toen ik eenmaal een vaste aanstelling kreeg heb ik het tijdens een bedrijfsetentje een keer achteloos laten vallen en er daarna eigenlijk nooit meer iets over gehoord hoewel ik toch vrij veel moet lopen en fietsen in mijn functie.
In die tijd werd ik via de reumaorganisatie door een bedrijf in de medische sector, dat RA medicijnen produceert, gevraagd of ik niet eens wat over mijn RA ervaringen wilde vertellen aan hun werknemers, zodat die zouden leren over hoe de ervaringen zijn van de mensen waarvoor zij de medicijnen produceren. Mij als vrijwilliger inzetten door publiekelijk te spreken over RA. Dat wilde ik wel, omdat ik weet hoe krachtig het publiekelijk delen van een persoonlijke ervaring kan zijn. Ik kwam een mooi kantoor binnen en mocht op in een grote half ronde zaal met veel natuurlijke lichtinval. Er zaten zo’n 100 mensen van verschillende nationaliteiten. Ik zag lichte gezichten met blond haar, bruine gezichten met zwart haar, latino gezichten en centraal Europese gezichten met een hele witte huid en smalle jukbeenderen. Een gemêleerd gezelschap dat informeel gekleed ging. Ik zag heel veel verschillende kleuren kleding rood, groen, wit blauw. Ik kreeg een flip-over en stak van wal. Na 5 minuten zag ik de eerste mensen die begonnen te gapen en hun telefoon begonnen te checken. Ik merkte dat ik sneller ging praten, omdat ik me zorgen maakte dat ze mijn verhaal blijkbaar niet zo interessant vonden. Maar aan het eind kreeg ik gelukkig een bos bloemen en toen gebeurde er iets onverwachts: Uit het publiek kwamen 2 mannen bij me zitten. Een jonge blonde jongen, goed gekleed, van achterin de 20 die me vertelde dat hij ook een reumatische aandoening had en dit nooit aan hun werkgever hadden durven vertellen maar dit naar aanleiding van mijn verhaal wel wilden gaan doen en een man van mijn leeftijd, netjes gekleed met een verweerd gezicht en een terughoudende blik die ook in dezelfde situatie zat als ik. Hij zei dat hij het niet zo snel aan zijn werkgever zou vertellen maar van mij wel eens meer wilde weten hoe dat bij mij precies gegaan was. Dit raakte me.
Op weg terug naar huis merkte ik dat mij dit energie geeft en daar doe ik het voor.
Juryrapport
De volgende schrijver worstelt in zijn verhaal met RA en de vraag of hij dit aan zijn werkgever zal vertellen. Hij heeft een tijdelijk contract; wat als de waarheid over het hebben van RA zal leiden tot ontslag? In die tijd van onzekerheid meldt hij zich aan als vrijwilliger bij de Nationale Vereniging ReumaZorg Nederland. Als patientpartner vertelt hij tijdens een bijeenkomst voor een groot publiek over zijn persoonlijke ervaring met RA. Na afloop van de presentatie komen er twee mensen naar de schrijver toe. ‘De jongste van hen vertelde dat hij ook reuma had en dit nooit aan zijn werkgever had durven vertellen maar dat hij dit naar aanleiding van mijn verhaal wel wilden gaan doen. De andere man, van mijn leeftijd, zei dat hij het niet zo snel aan zijn werkgever zou vertellen maar van mij wel eens wilde weten hoe dat bij mij precies gegaan was. Dit raakte me. Op weg terug naar huis merkte ik dat mij dit energie geeft en daar doe ik het voor.’
Een mooi verhaal over hoe je, door je eigen dilemma’s rondom reuma te delen, van waarde kan zijn voor jezelf maar ook voor een ander.